Voorbereiden les – Mentaal model

Binnen het onderzoek ‘Ontwikkelen van lesmateriaal’ (Case 2 Kennisbanken) was ook ruimte om vragen te stellen over het voorbereiden van een les. Dit scheelde enorm veel in het aantal uit te voeren interviews. Onderstaande mentale ruimte is een onderdeel van het mentale model Ontwikkelen van lesmateriaal (pdf).

Mentaal model Les voorbereiden
Mentaal model Les voorbereiden

Karin van den Driesche – Filterdesign

Advertisement

Interviews – Keuze van deelnemers

Start met de rollen voor de hoofdactiviteiten en daar waar de organisatie in geïnteresseerd is.
Kies de ‘doeners’.
Maximale verschillen onderling, qua rol en bedrijf:
– Locatie
– Organisatie structuur
– Organisatie cultuur
– Leeftijd
– Ervaring

Producent groene energie
Producent groene energie
Producent groene energie
Producent groene energie

Karin van den Driesche – Filterdesign

Interviews – Hoeveel?

Een manier om deelnemers te selecteren, die ik vaak gebruik, is het bepalen van rollen. We hebben allemaal meerdere rollen en deze rollen vertellen wat we doen en waar onze verantwoordelijkheden liggen. Tijdens de interviews met gebruikers achterhaal je hoe iemand deze rol uitvoert, wat de aanpak is en waar deze aanpak gelijkenissen heeft met andere manieren van aanpak. Nu zijn we allemaal uniek, echter alleen in details. In de structuur van aanpak zijn drie verschillende manieren vaak het maximum. Tot nu toe ben ik bij mijn projecten niet meer dan twee verschillende structuren van aanpak tegengekomen.

Wanneer je zorgt dat de rollen die gedefinieerd zijn minimaal drie keer worden besproken dan heb je voldoende deelnemers. In de onderstaande matrix zie je dat rol E en F maar twee maal voorkomen. Je kunt nog een interview houden, deelnemers vervangen of bij tijd gebrek er gewoon voor gaan, de gegevens analyseren en later uitbreiden. Dit laatste kan natuurlijk altijd, na vijf of zes interviews kijken wat je hebt verzameld en besluiten of er nog meer interviews gehouden moeten worden. Beter één interview, dan geen!
Deelnemers matrix

Een quote van Karen Holtzblatt, oprichter van Incontext Enterprises en schrijver van Contextual Design (mijn bijbel ;-), over het aantal interviews met gebruikers:
‘…years ago, while testing for usability, people in the industry were not comfortable with test results from small numbers of users. However, after 15 years of collecting data, the industry has found through experience that small numbers add up to a detailed picture of work practice that supports design. And we’re not just looking at usability any more; we’re engaged in market characterization at the level of work practice.’ Uit ‘Data From a Few Leads to Optimum Results‘ in 2001.

Karin van den Driesche – Filterdesign

Professionaliseren – Start

Afgelopen week hebben we vijf van de zeven interviews plaats gevonden met docenten over professionaliseren, formeel en informeel.
– Docent wis-, natuur- en scheikunde op een college van Vmbo, Havo en Vwo. Iemand met bijna 30 jaar ervaring.
– Begeleider en opleider van leraren in opleiding en een ervaren docente (20 jaar) ook op een college van VMBO, HAVO en VWO.
– Derde jaars PABO studente.
– Beginnend docente op HAVO en VWO.
– Beginnend docente op VMBO.
Normaliter gaan klanten mee met interviews om de kennis in de organisatie te houden en natuurlijk omdat ze heel nieuwsgierig zijn naar ‘hun gebruikers’. Tijdens de interviews zijn er twee rollen, een persoon houdt het interview en een persoon observeert. Het leuke is dat deze manier van interviews doen vaak een eyeopener is voor organisaties. Het beeld wat men had over het gebruik van een bestaande applicatie en over de aanpak van het dagelijks werk wordt behoorlijk bijgesteld. Meteen worden een heleboel vragen beantwoord: ‘zoals we het nu doen sluit het niet aan’, ‘we moeten functie X echt meer aandacht geven’, ‘eigenlijk ondersteunen we ze nu niet bij’…
Tijdens deze UCD projecten hebben de interviews nog een functie behalve gebruikersgegevens verzamelen: training. Dus ben ik op pad geweest met RdMC medewerkers Sonja en Aschwin zodat ze mee konden kijken en ervaring kunnen op doen. Na het interview bespreken we de aanpak van het interview en het verhaal van de deelnemer. Uiteindelijk gaan ze straks zelf een interview afnemen en ben ik observator van de deelnemer en van de interviewer. Een aantal zaken die we besproken hebben n.a.v. de interviews wilde ik jullie niet onthouden:
– Positie, probeer wanneer je aan een tafel zit te voorkomen dat het een ‘sollicitatie’ achtige sfeer wordt. Ga zo zitten dat de deelnemer zich niet ingesloten voelt. Heb het ook over de werkplek, loop even mee bv. als het werk plaatsvindt over meerdere locaties.
– Kijk de deelnemer veel aan (niet staren) en notuleer zo weinig mogelijk (voicerecorder aan!).
– Benoem liever niet dat een persoon de observator is, dit kan leiden tot nervositeit.
– Laat de deelnemer zijn verhaal doen, in de eigen woorden. Zodra je een nieuw onderwerp hoort, schrijft dit snel op (sleutelwoord) zodat je het niet vergeet. Laat de deelnemer uitpraten over het onderwerp, vraag hier op door en switch zodra alles gezegd is over dit onderwerp over naar het onderwerp wat je hebt opgeschreven.
– Laat je vooroordelen thuis, zeker je enthousiasme over de oplossingen die je hebt bedacht anders wordt het een salesgesprek. We willen juist weten hoe iemand werkt, hoe hij zaken aanpakt, hoe hij oplossingen bedenkt, de pijnpunten en de mogelijkheden.
Belangrijk is dat je je aan iedere deelnemer aanpast.

Volgende keer: meer over interviews afnemen en de training van de RdMC’ers.

Karin van den Driesche – Filterdesign